HOME     SCHAAKRECHT     PIETER DE GROOT
HET PAT
In dit artikel probeer ik de achterliggende gedachte te geven om bij pat de partij remise te verklaren.

Schaken is een oorlogsspel en men zou menen dat als de koning pat staat, hij de partij heeft verloren. Zo'n regel heeft ook - behalve in Engeland - eeuwenlang tot het eind van de Middeleeuwen gegolden. Daarna is pas de huidige remiseregel ingevoerd. Het effect van die regel is dat het schaakspel spannender is geworden. In dit artikel geef ik daar voorbeelden van. Verder is de remiseregel een bruikbare regel, het leidt niet tot conflicten.

Voorts leg ik uit waar het fabeltje vandaan komt dat het verboden is de ko-
ning te slaan. De remiseregel bij pat wijkt dan ook - op positieve wijze - af in het oorlogsspel. Vermeld wordt een scheidsrechterlijke kwestie die zich in de praktijk heeft voorgedaan en waarbij pat een rol speelt. Tot slot worden enkele beroemde partijen gegeven waaruit blijkt dat pat als remiseregel het schaakspel mooier heeft gemaakt.


Een overzicht van de paragrafen.
1.   De kwalificatie van pat
2.   De Engelse regel
3.   De FIDE-regels
4.   Een discussie
5.   Opzettelijk of onbedoeld effect van de regel
6.   De eigenmachtig ingrijpende scheidsrechter
7.   Bird - Englisch 1883
8.   Reshevski's pat in 1942 en 1963
9.   Korchnoi - Karpov 1978
10. Karpov - Kasparov 1987
11. Anand - Kramnik 2007
12. Lont - Van der Heijden 2001


top  


1.De kwalificatie van pat

Er zijn veel manieren waarop een schaakpartij kan beëindigen. Pat is er een van.

De schaakwereld heeft in de loop der eeuwen verschillende oplossingen gegeven hoe een patstelling als uitslag te kwalificeren. John McCrary, oud-president van de Amerikaanse schaakbond USCF, geeft daarvan een op-
somming in Chess Life 2004, blz. 782:

1. winst voor de speler die de patzet geeft (deze regel gold tot het begin van de Middeleeuwen);
2. verlies voor de speler die de patzet geeft (Engeland tot 19e eeuw en Amerika idem);
3. een ongeoorloofde stelling: de speler die de patzet geeft, moet die zet terugnemen en deze vervangen door een andere zet (deze regel komt voor in Oost-Azië in veel varianten van het schaakspel);
4. een halve punt voor degene die de ander pat zet en een verlies voor degene die pat wordt gezet (tot begin Renaissance);
5. patstelling is een geoorloofde stelling, maar de speler die pat is gezet, moet net zoveel beurten overslaan tot hij wel weer kan zetten (een middel-
eeuwse variant);
6. remise (begonnen als een plaatselijke variant in de late Middeleeuwen en langzamerhand uitgegroeid tot de wereldstandaard).

Het interessante van deze varianten is dat elke variant een eigen schaak-
logica kent. Het is maar hoe men kijkt. Het is net als met het kopje thee.
Wij zeggen: 'Zal ik je nog es een kopje thee inschenken?' In deze zin gaat de aandacht uit naar het kopje. Die van de Engelsen gaat uit naar de thee-
pot. Zij zeggen: 'Zal ik je nog es een kopje thee uitschenken?'

De huidige regel dat pat remise is, lijkt op een Salomons oordeel.



Koning Salomon met de twee moeders


top  


2. De Engelse regel

In Engeland heeft eeuwenlang een andere regel gegolden voor pat.

Shakespeare (25 april 1564 tot 23 april 1616) heeft tussen 1590 en 1594 'The Taming of the Shrew' geschreven. Daarin laat Shakespeare in act 1, scène 1 in Padua, 57-58, Katharina - die in het hele stuk een opmerkelijk taalgebruik heeft - zeggen:

'I pray you, sir, is it your will
to make me a stale among these mates?'

Het is een woordspeling op 'stale mate', dat pat betekent. Weliswaar gaat het niet over het schaakspel, maar over het leven. In die tijd gold namelijk in Engeland in het schaakspel de regel dat degene die pat wordt gezet, de partij wint.

In 1614 verschijnt het boekje 'The famous game of chesse play' van Arthur Saul. Hij heeft het boekje opgedragen aan zijn dochter, 'the right honoura-
ble and vertuous lady, the lady Lucy, Countesse of Bedford, and one of the ladyes of her Maiesties Privie-Chamber'.

Saul beschrijft de regel dat de speler die de patzet geeft de partij verliest. Ik neem aan dat lady Lucy heeft gediend voor koning James en koning Charles I. Bij ons vooral bekend als Karel I van dat sigarenmerk. Karel stimuleerde namelijk het roken van sigaren vanwege de belastingopbrengsten.

Charles I is onthoofd op 30 januari 1649. Het slaan van de koning: een grote schok voor lady Lucy als dochter van een schaker - en wellicht voor de ge-
hele schaakwereld.



De onthoofding van koning Karel 1 van Engeland,
Schotland en Ierland, Whitehall 1649


Ook voor Benjamin Franklin heeft pat de betekenis van winst voor degene die pat wordt gezet. Zie de Engelse tekst van hoofdstuk 2, paragraaf 4 en punt 4, van Waarden en normen van 'the Morals of Chess'. Omdat ik een kleine bijzin niet begreep, heb ik die passage in een lange zin niet vertaald. Had ik dat wel gedaan was het een onbegrijpelijke zin geworden. Pas nu begrijp ik die zin.

In 1806 verschijnt 'An easy introduction to the game of chess'. Nadien zijn een aantal herdrukken verschenen. Dit boek staat in zijn geheel op internet.
Over pat: 'The game may be lost in quite an opposite manner; because if you place your Pieces in such a situation near your adversary's King, as to prevent him moving it without making it liable to be taken, and he having no other Piece or Pawn which he can play, you lose the game. This is called a Stale-Mate,' zie bladzijde 4 van die introduction.

top  


3. De FIDE-regels

De FIDE heeft bij het opstellen van de FIDE-regels bepaald dat pat remise is. Artikel 5.2 onder a van de FIDE-regels luidt: 'De partij is remise als de aan zet zijnde speler geen reglementaire zet kan doen en zijn koning niet schaak staat. Men zegt dat de partij in "pat" eindigt. Dit beëindigt de partij onmiddel-
lijk, vooropgesteld dat de zet waarmee de patpositie werd bereikt, regle-
mentair was.'

Het is de FIDE die de afweging heeft gemaakt voor welke variant gekozen wordt. Omdat pat als remiseregel op het moment van regelgeving - 1924 - al de heersende leer was, heeft de FIDE waarschijnlijk die leer tot regel verheven.


4. Een discussie

Op een Australisch schaakforum staat de volgende reactie:

'Ik heb nooit het gevoel gehad dat de patregel eerlijk is. Voordat het woord 'schaakmat' in het schaakspel werd geïntroduceerd konden de spelers de koning daadwerkelijk slaan. 'Schaakmat' tegen je tegenstander zeggen betekende dat er geen zet meer mogelijk is die kan voorkomen dat zijn koning op de volgende zet kan worden geslagen en dat het geen zin heeft energie te stoppen een zet te vinden. Ik denk dat als iemand zijn koning pat laat staan het moet betekenen dat die speler heeft verloren. Ook als je per ongeluk je koning schaak hebt laten staan, kan die worden geslagen en heb je verloren. Ik denk dat we het plezier moeten geven de koning van de tegenstander te slaan omdat dat uiteindelijk het doel is van het spel,' aldus een anonieme reactie.

Een ander - ook anoniem - reageert daarop en meent dat pat in de beteke-
nis van remise het eindspel interessanter heeft gemaakt. Het is buitenge-
woon moeilijk om pat te forceren en als het lukt, moet het gehonoreerd worden met een halve punt.

Weer een ander - eveneens anoniem - bekijkt wat er gebeurt als degene die de patzet uitvoert de partij wint. Het gevolg van zo'n regel zal zijn dat er een groter belang wordt gehecht aan stukken op het bord. Een pion meer zal dan een groter voordeel betekenen dan in het huidige spel. Vaarwel voor al die grappige semi-juiste gambieten, pion offers om het initiatief te krijgen etc.

Als dit voorstel wordt ingevoerd zijn de gevolgen:
1. overwicht van stukken wordt een belangrijk onderdeel van het spel
2. veel van de belangrijkste openingen van vandaag sterven uit omdat deze te riskant zijn
3. spelers verliezen het plezier in het schaken (ik weet zeker dat ik er mee ga stoppen).

Alles bij elkaar concludeert die persoon 'dat pat vervelend is, maar het voegt een andere vorm van ingewikkeldheid en finesse toe aan het scha-
ken'. Daarom vindt hij pat als remise regel niet erg.


top  


5. Opzettelijk of onbedoeld effect van de regel

Ik ben het eens met de analyse van de eerste anonieme schrijver op het Australische forum. Schaken is een oorlogsspel. Door de eeuwen heen zijn er in het echte leven koningen gedood, onthoofd. Zo ook in het oorspronkelijke schaakspel.

Vervolgens ontstond een tweede fase dat als de koning mat was gezet, men het niet nog nodig vond de koning te slaan. Men gaf in feite de partij op. Zo ontstond een traditie (waarden en normen) dat het een belediging was de koning te slaan, en dat mat de partij beëindigde.

Eigenlijk doen we vandaag de dag, de derde fase, ook zoiets. Een speler wacht de matzet niet meer af, maar geeft de partij tijdig op. Er bestaan oneindig veel partijen met zulke voorbeelden. Er zijn zelfs schakers die het als een belediging ervaren indien een speler tot de matzet toe blijft schaken. Zo ontstaan nieuwe waarden en normen.

Of een recent voorbeeld.

Wit: Viswanathan Anand (2799)
Zwart: Levon Aronian (2739)
Morelia - Linares 2008
Morelia, Mexico, 16 februari 2008
Tweede ronde




Zwart vervolgt 30. ... Te3! Deze zet wint onmiddellijk. 31. fxe3 Dxf3 32. Dc2 fxg3 33. hxg3 Dxg3+ 34. Kh1 Lf5! Wit geeft op, hij wacht de matzet niet af.

Rijst de vraag hoe de patregel te kwalificeren. De regel die tot de Middel-
eeuwen gold, past in de traditie van de oorsprong van het schaakspel. Het gaat niet om het matzetten, maar om het veroveren van de koning. Daarbij betekent pat verlies voor de speler die pat wordt gezet. Zijn koning is name-
lijk uitgeschakeld, die kan geen kant uit. Ook past de middeleeuwse variant in die traditie dat de patstelling een geoorloofde stelling is, en dat de speler die pat is gezet, net zoveel beurten moet overslaan tot hij wel weer kan zetten.

Het bijzondere is dat in de loop van de eeuwen men de patzet anders is gaan kwalificeren. Zoals de dame in het schaakspel tot het eind van de Middeleeuwen zich traag voortbewoog, en nadien een machtig stuk werd, zo heeft men opzettelijk - of bij toeval - met de nieuwe kwalificatie van pat als remiseregel het schaakspel levendiger gemaakt. Ik zou de achtergrond van de kwalificatie van de patregel dan ook met zo'n blik willen bekijken.
De remiseregel bij pat wijkt dan ook af in het oorlogsspel.

Het effect van de afwijking is dat het schaakspel interessanter, spannender is geworden. De patzet vereist nadenken en strategie, op dezelfde wijze als het zoeken naar de matzet.

De afgelopen jaren heb ik bij de jeugd honderden patstellingen gezien. En nooit heb ik na mijn beslissing verontwaardigde gezichten gezien, ook niet van die spelers die de patzet uitvoerden. En ook niet van omstanders. Ken-
nelijk aanvaardt men gemakkelijk deze uitkomst.

De huidige remiseregel voor pat is bruikbaar. Zij zorgt niet voor conflicten, er komen geen problemen van voor de scheidsrechter. Het levert een posi-
tieve bijdrage aan het schaakspel.

Johan Hut schrijft op 16 februari 2008 in onder meer de Gooi- en Eemlander dat 'sterke schakers weten dat pat erbij hoort, dat de mogelijkheid van pat in sommige eindspelen betekent dat de sterkere partij niet kan winnen' en 'Talloze malen wordt een partij remise omdat de sterkere partij alleen nog maar een koning en een randpion heeft en beide partijen weten dat het dan alleen nog maar pat kan worden. Dat zie je van verre aankomen en die partijen worden bijna altijd remise gegeven voordat het pat daadwerkelijk op het bord staat. Een onverwacht pat is een grote zeldzaamheid,' aldus Johan Hut.


top  


6. De eigenmachtig ingrijpende scheidsrechter

Beide spelers zijn in vreselijke tijdnood en noteren niet meer.




Zojuist heeft zwart 1. ... Kb8 gedaan. Wit denkt dat hij zijn pion kan laten promoveren en speelt 2. d7? Ka8?? Door de tijdnood bemerken ze niet dat de zet van zwart een ongeoorloofde zet is. Wit is van plan voort te zetten met 3. d8D mat.

Aan die zet komt hij niet toe, omdat de toekijkende scheidsrechter snel eigenmachtig ingrijpt. De scheidsrechter beslist dat door de zet 2. d7 de partij van rechtswege en wel 'onmiddellijk' is geëindigd wegens pat, artikel 5.2 onder a. 'Het recht te doen zegevieren is de taak van de scheidsrechter,' voegt hij eraan toe.

Echter, er ontstaat vervolgens grote beroering. Enkele omstanders en de witspeler aanvaarden zijn beslissing niet.

Zij menen in de eerste plaats dat de scheidsrechter zich niet met de partij had moeten bemoeien. De scheidsrechter voelt de wedstrijd niet aan. Als spelers in vliegende tijdnood zetten doen, brengt het karakter van het spel met zich mee dat het de eigen verantwoordelijkheid van de spelers is om op te letten, zo menen zij. Pat kan alleen geconstateerd worden door een van de spelers, niet door de scheidsrechter, stellen zij. Zwart had moeten clai-
men. Nu zwart de patzet niet heeft gezien, is de handelwijze van de scheids-
rechter te vergelijken met voorzeggen, menen zij.

Bovendien wordt geklaagd over het onbehoorlijke gedrag van de scheids-rechter. Hij heeft de zetten in de tijdnoodfase van beide spelers niet geno-
teerd. Iets wat in strijd is met artikel 8.5 onder a van de FIDE-regels.

Als de scheidsrechter staat op zijn recht om eigenmachtig in te grijpen, moet hij eerst voldoen aan zijn plicht om de partij te noteren. Die plicht is van een hogere orde dan zijn recht om in te grijpen. Als de scheidsrechter wel had genoteerd en op de klokken had moeten letten, had ook hij niet gezien dat 2. ... Ka8 een ongeoorloofde zet was. Dan was de partij vervolgd, en geëin-
digd met 3. d8D mat. De kans dat de spelers de partij dezelfde dag volledig naspelen is gering. Ook de vader van Addy Lont is niet in de buurt, dus wat wil men nog meer. Zo zou niemand tijdig hebben kunnen ontdekken dat er in de wedstrijd een moment van pat is geweest. De witspeler is de dupe van het tekortschieten van de overijverige scheidsrechter. Dit nu is onrecht-
vaardig, menen zij.

Zoals zo vaak gaan de meeste geschillen in het schaakspel niet over goed
of kwaad maar over belangentegenstellingen. Dan komen de argumenten vanzelf op tafel en richten de pijlen zich op de scheidsrechter die tekort is geschoten in zijn taak of in een deel daarvan.

Omdat het team al heeft gewonnen, dient de teamleider geen bezwaar in bij de competitieleider. Maar, als dat wel was gebeurd, wat had de competitie-
leider dan moeten beslissen? Helemaal vrijuit gaat de scheidsrechter nou ook weer niet.

Hierna geef ik enkele beroemde partijen waaruit blijkt dat pat als remise-
regel het schaakspel interessanter heeft gemaakt.


top  


7. Bird - Englisch 1883

Een partij waarin wit dreigt met mat in één. Zwart weet de partij dwingend te beëindigen in pat.

Wit: Henry Edward Bird
Zwart: Bertold Englisch
Londen 1883
Zie hele partij  




Het vervolg. 41. Pxf6 (als Th5-e5, dreigt wit Th7 mat) Th1+ 42. Kxh1 Te1 43. Kh2 Th1+ 44. Kxh1 pat.


8. Reshevski's pat in 1942 en 1963

Twee voorbeelden hoe de tegenstanders Reshevski tot pat dwingen.

Wit: Carl Pilnik
Zwart: Samuel Reshevski
Amerikaans kampioenschap 1942




92. ... g4?

Vraag: ziet u hoe wit de partij dwingend kan beëindigen door pat?

Bekijk het antwoord  


Wit: Larry Melvin Evans
Zwart: Samuel Reshevski
Amerikaans kampioenschap 1963
'De truc van de eeuw'




Wit aan zet.

Vraag: ziet u hoe wit de partij dwingend kan beëindigen door pat?

Bekijk het antwoord  


top  


9. Korchnoi - Karpov 1978

Wit: Viktor Korchnoi (2665)
Zwart: Anatoly Karpov (2725)
Wereldkampioenschap 1978
Baguio stad, Filippijnen

Chesscafe, Endgame corner, Karsten Müller, juni 2002, Ponomariov's technique.
Het kampioenschap vol incidenten.
De vijfde partij.

In die tijd weigeren Korchoi en Karpov met elkaar te praten. Daarom is het voor hen onmogelijk om remise aan te bieden.




Het vervolg. 105. ... Kg4 106. Kc5 Kf5 107. Kxb5 Ke6 108. Kc6 Kf6 109. Kd7 Kg7 110. Le7 Kg8 111. Ke6 Kg7 112. Lc5 Kg8 113. Kf6 Kh7 114. Kf7 Kh8 115. Ld4+ Kh7 116. Lb2 Kh6 117. Kg8 Kg6 118. Lg7 Kf5 119. Kf7 Kg5 120. Lb2 Kh6 121. Lc1+ Kh7 122. Ld2 Kh8 123. Lc3+ Kh7.

Stelling:




124. Lg7 pat.


top  


10. Karpov - Kasparov 1987

Wit: Garry Kasparov
Zwart: Anatoly Karpov
Wereldtweekamp 1987
Sevilla, 19 oktober 1987
vierde partij




Hier werd de partij afgebroken. Kasparov gaf zijn zet onder couvert af. Als de partij wordt hervat: 41. Td8. En zwart geeft op.

Hans Bouwmeester: 'Volgens Andersson kwam deze overgave te vroeg. Zwart had 41. ... Pf3+ 42. Kf2 (?) Pxh2 43. d6 Pg4+ 44. Ke2 Pe5 45. d7 Kg4 46. Tg8 Pxd7 47. Lxd7+ Kxg3 48. Txg5 + Kh4 moeten proberen.'

Stelling:




'Deze positie is remise, want om de a-pion te redden moet wit 49. Tg6 doen en dan leidt 49. ... Te3+ 50. Tf2 Tf3+ 51. Kg2 Tg3+ 52. Kh2 Th3+ tot eeuwig schaak of pat!' Inderdaad een fantastische variant, die helaas geen dwingen-
de kracht heeft,' aldus Hans Bouwmeester in 'Wereldtweekamp Schaken '87 in Sevilla' blz. 40.


top  


11. Anand - Kramnik 2007

Wit:Viswanathan Anand (2803)
Zwart: Vladimir Kramnik (2811)
Wereldkampioenschap 2007
Derde ronde
Mexico, 15 september 2007
Lees verder  




65. ... Kxf5 pat.

Deze partij is vechtschaak. Anand manoeuvreert zich in een patstelling, aldus de reactie op de FIDE site van 15 september 2007. Al 25 zetten lang moet Anand voor zijn remise vechten, zo meent Susan Polgar. Anand krijgt zijn halve punt niet zomaar toegeworpen.


12. Lont - Van der Heijden 2001

Wit: Addy Lont (2191) (Philidor Leeuwarden)
Zwart: Ton van der Heijden (2211) (BSG)
Eerste klasse KNSB-competitie
3 november 2001
Johan Hut, Gooi- en Eemlander, Noord-Hollands Dagblad, Haarlems Dagblad/ IJmuider Courant, Leidsch Dagblad van 16 februari 2008




Zwart speelt 1. ... Kf6 en geeft kort daarna op. 'Logisch, wit kan 2. Kf3 spelen en loopt op zijn gemak naar de pion van h4,' aldus Johan Hut.

Het volgende is van Johan Hut. 'Na afloop maakten de spelers weinig woor-
den meer vuil aan de diagramstelling, maar enige tijd later ontdekte de vader van Addy Lont een prachtige remisewending:

1. ... h5! 2. g5 h3 3. Kf3 h4




4. Kf2
Waarom? Omdat wit een zet moet doen.
4. ... Kf5 5. Kg1
Na 5. Kf3 Kg6 staat weer de stelling van een zet eerder op het bord.
5. ... Kxf4!!
Maar dan loopt de witte pion toch door?
6. g6 Kg3 7. g7 h2+ 8. Kh1




8. ... Kh3
Nu heeft wit slechts één zet, namelijk 9. g8, maar of hij nou een dame of een toren vraagt, hij zet zwart pat. Niet omdat hij dom is, maar omdat zwart hem ertoe gedwongen heeft,' aldus Johan Hut.


© 2008  Pieter de Groot

top  

vorig artikel schaakrechtVORIGE | VOLGENDEvolgend artikel schaakrecht
WAARDEN EN NORMEN
Artikelenreeks 'Waar-
den en normen' door Pieter de Groot.

Hoofdstuk 1  
Hoofdstuk 2  
Hoofdstuk 3  
Hoofdstuk 4  
Hoofdstuk 5  
Hoofdstuk 6  
Hoofdstuk 7  
Hoofdstuk 8  
Hoofdstuk 9  

WILT U REAGEREN?
Pieter de Groot stelt een inhoudelijk reactie op de schaakrechtartikelen zeer op prijs. Natuurlijk kunt u ook vragen stellen over de behandelde onderwerpen.

mailPieter de Groot