HOME     SCHAAKRECHT     PIETER DE GROOT
ZIJN GROOTMEESTERREMISES (ETHISCH) TOEGESTAAN?
In de serie over korte remises heb ik steeds een artikel opgenomen van iemand daar iets over heeft geschreven. Dat leek me beter zodat iedereen daarvan kan kennis nemen om zo zelf een mening te vormen over dit on-
derwerp. Ook heb ik voorbeelden gegeven van bepaalde zaken.

In dit artikel schenk ik aandacht aan het artikel van de Amerikaan Thomas Hesse. Hij verdedigt de mogelijkheid van snelle remises. Hij betrekt daarbij de Amerikaanse schaakregels.


Overzicht van paragrafen:

1. Zijn grootmeesterremises (ethisch) toegestaan?
2. Schakers veranderen in boekhouders
3. Kampioenschap USSR 1967
4. Open Nederlands kampioenschap 1974
5. Reykjavik Open 2009
6. Bijna een remiseafspraak om een norm te halen
7. Grootmeesterremises op Curaçao
8. De vriendenremise
9. De bekende grootmeester remise


1. Zijn grootmeesterremises (ethisch) toegestaan?

door Thomas Hesse

Dit artikel verscheen oorspronkelijk in het blad van de Iowa Chess News En Passant van 1 april 2004. Tegenwoordig staat het artikel op de website van Iowa State Chess Association.


'In de vijfde rond van het U.S. Open 2003 deden de grootmeesters Leonid Yudasin en Jaan Ehlvest één zet en kwamen daarna remise overeen. Nadat de internationaal arbiter Carol Jarecki kritiek had op dit voortijdige einde speelden Yudasin en Ehlvest nog een paar zetten en kwamen opnieuw op hetzelfde resultaat uit. Beide spelers ontvingen aan het einde van het toer-
nooi een geldstraf.

De partij tussen Yudasin en Ehlvest is een klassiek voorbeeld van een 'grootmeester remise'. Schakers die daarvan op een toernooi gebruik ma-
ken krijgen veel klachten. Zulke remises worden algemeen beschouwd als ongeoorloofd en onethisch. En talloze brieven, artikelen en commentaren op websites gaan over dat misbruik.

De afgelopen jaren zijn verschillende voorstellen gedaan om het voorkomen van snelle remises te beperken, zoals het afschaffen van het remiseaanbod, een remise minder waarde geven dan een halve punt, het vereiste dat voor het doen van een remiseaanbod een minimaal aantal zetten moet zijn ge-
daan, of eenvoudig de bestaande regels toe te passen.

In dit korte artikel zal ik anders dan de heersende mening stellen dat groot-
meester remises beschouwd kunnen worden als zowel geoorloofd als ethisch. Ik wil vooropstellen dat het niet mijn bedoeling is van dit geoorloof-
de en ethische gebruik een afrondende verdediging te geven. In tegendeel, het is mijn bedoeling te laten zien hoe de beschuldigingen over misbruik meer open staan voor debat dan de meesten zich realiseren.


top  


I. Waarom grootmeesterremises zijn geoorloofd

Voor een goed begrip is het goed een onderscheid te maken tussen 'vooraf afgesproken' en 'grootmeester remises', nu maar al te vaak het onderscheid is blijven steken in deze thema's.

Ik beschrijf 'vooraf afgesproken' als een remise die is overeengekomen tussen twee spelers voorafgaand aan de wedstrijd, vandaar de term vooraf afgesproken. Zulke remises zijn duidelijke gevallen van het bepalen van de uitslag van wedstrijd, en deze verdedig ik niet in dit artikel.

Aan de andere kant is een 'grootmeester remise' (of een snelle remise) een remise die beide spelers tijdens de partij overeenkomen, gebruikelijk nadat weinig zetten zijn gedaan of weinig tijd is verstreken, zoals bijvoorbeeld de partij tussen Yudasin - Ehlvest (aangenomen dat de uitslag niet van te voren was afgesproken).

Dit korte artikel richt zich op de verdediging van de grootmeester of snelle remise. Critici van de grootmeester remise verwijzen vaak naar twee arti-
kelen in de USCF-rules (de Amerikaanse schaakregels) vijfde editie om te bewijzen dat grootmeester remises ongeoorloofd zijn. Het enige dat men hoeft te doen om dit verschijnsel tegen te gaan is het uitvoeren van be-
staande regels:

Artikel 14B6 USCF-rules luidt:
'Voortijdige of vooraf afgesproken remises. Het is onethisch en onsportief remise overeen te komen voordat een werkelijke krachtmeting is begonnen. Dat geldt ook voor alle voorbereidingen om een vooraf afgesproken uitslag te krijgen. Indien de morele beginselen van de partij duidelijk zijn geschon-
den, is de scheidsrechter verplicht straffen op te leggen. Over de hoogte van de straf is de scheidsrechter vrij.'

Artikel 20L luidt:
'Uitslagen manipuleren. Het stiekem afspreken om de uitslag van de partijen vast te stellen, hetzij voor hetzij tijdens de partij om op deze wijze het prij-
zengeld, titelnormen, ratingen of voor welk ander doel dan ook, is ongeoor-
loofd en kan leiden tot harde straffen, inclusief het verlies van het lidmaat-
schap van USCF. Dergelijke overeenkomsten houden ook in afspraken om het prijzengeld te delen, ongeacht de uitslag van de partij.'

Ik meen dat er ten minste die manieren zijn om de toepassing van deze regels op de grootmeesterremise te bekritiseren.

In de eerste plaats, hoewel deze twee regels op zich het verschijnsel van grootmeesterremises verbieden, moeten zij worden gezien in het algemene verband hoe de remise is geregeld in de USCF-rules, in het bijzonder in het licht van artikel 14B.

Artikel 14B luidt:
'14B. Overeenkomst. De partij is remise als beide spelers dit overeenko-
men. Dit beëindigt de partij onmiddellijk.'

Artikel 14B verklaart ondubbelzinnig dat een partij remise is door een over-
eenkomst tussen de spelers. Behalve dan te regelen dat de partij werkelijk is begonnen (de bepaling 'beëindigt de partij') wordt in het artikel niet gere-
geld een minimum aantal zetten, de hoeveelheid verstreken tijd of welk an-
der vereiste dan ook.

Het lijkt erop dat er een tegenstelling bestaat tussen de artikel 14B en 14B6. Terwijl artikel 14B6 is bedoeld als een uitwerking van en een verduidelijking op artikel 14B. Artikel 14B6 regelt in feite het tegenovergestelde door het vestigen van beperkingen op de rechten van spelers remise overeen te ko-
men als geregeld in artikel 14B.

Voorts helpt artikel 20L niet om de zaak te verduidelijken, omdat het bij-
voorbeeld moeilijk is in te zien hoe de partij Yudasin - Ehlvest een voorbeeld is van 'het stiekem regelen van de uitslag van de partij vast te stellen.' Mijn hoofdbezwaar is dat er in ieder geval ergens een tegenstrijdigheid bestaat tussen deze drie regels en een speler die beschuldigd wordt van grootmees-
terremise kon nog wel eens juridisch in zijn recht staan.

In de tweede plaats is het belangrijk te zien hoe de artikelen 14B6 en 20L het onderscheid vervagen tussen wat ik heb genoemd het vooraf afspreken en de grootmeester remise. Beide types worden in artikel 14B6 als gelijk-
waardig beschouwd, hoewel er een duidelijk verschil bestaat tussen twee spelers die de uitslag van de wedstrijd van te voren hebben afgesproken en twee spelers die tijdens de partij vanwege wederzijdse vermoeidheid snel remise overeenkomen.

Bovendien zie ik niet hoe artikel 20L van toepassing is op grootmeesterremi-
ses, zie wat ik eerder heb geschreven. Indien twee spelers tijdens een partij overeenkomen dat een halve punt voor beiden van hen om wat voor reden dan ook voordelig is, hoe dit een voorbeeld kan zijn van een 'afspraak om te bepalen of gooien' de partij?

In de derde plaats, en dit is misschien het meest belangrijk, zijn de prakti-
sche beperkingen om op te treden tegen de ongeoorloofde grootmeester-
remises. De nieuwste uitgave van het handboek van de USCF-rules erkent dit ook zoals vermeld bij artikel 14B6 'Tip voor scheidsrechters: Om deze regel uit te voeren is moeilijk. Om twee spelers te dwingen verder te spelen wanneer zij al tot remise hebben besloten, leidt soms snel tot een partij met veel zetten die in ieder geval leiden tot remise.

Vaak kunnen partijen die in de laatste ronde worden gespeeld niet van de voren worden geregeld. Echter, in verband met redenen die te maken heb-
ben met de verdeling van de geldprijzen kan de uitslag gemakkelijk worden voorspeld. Wanneer het gaat om gevallen van remises die van te voren zijn afgesproken (en bij grootmeesterremises?) is het verstandig om duidelijk en onweerlegbaar bewijsmateriaal te hebben voordat straffen worden opgelegd.

Gelet op de tegenstrijdigheden en het gebrek aan duidelijkheid over artikel 14B6 en 20L, en gelet op de praktische beperkingen bij het uitvoeren van deze regels, staat naar mijn mening de ongeoorloofdheid van grootmeester-
remises open voor een debat.


top  


II. Waarom grootmeesterremises ethisch zijn toegestaan

Zelfs indien de regels niet volkomen samenhangend en duidelijk zijn, doen de critici op grootmeesterremises een beroep op de ethische waarden die deel uit maken van het schaakspel. Velen betogen dat grootmeesterremises de integriteit van het spel beschadigen.

Het schaakspel is uniek in die zin dat op elk moment beide deelnemers ge-
zamenlijk tot remise kunnen besluiten, maar een snelle remise, zo menen zij, ondergraaft de notie van een wedstrijd tussen twee spelers.

Anderen signaleren dat grootmeesterremises, vooral die in de laatste ronde van een toernooi voorkomen, een negatief effect hebben op fans. Hoewel het schaakspel in het algemeen beschouwd geen sport is voor toeschouwers, kan de precieze volgorde van zetten van een partij op elk later tijdstip wor-
den herhaald. En dat gebeurt niet bij snelle remises.

Deze kwestie gaat over het recht van de individuele spelers remise overeen te komen tegenover de behoeften van andere spelers en het schaakspel in het algemeen. Ik geef toe dat er geen eenvoudig antwoord bestaat op dit dilemma, maar ik geloof dat de slinger terug zou moeten slingeren naar het beschermen van de rechten van de spelers. Het schaakspel is bijna een ex-
clusieve wedstrijd tussen individuen; team toernooien zijn eerder de uitzon-
dering dan de norm geweest.

Gegeven deze definitie van het individuele karakter van het spel, waarom zouden spelers moeten worden gestraft voor iets dat in hun beider belang is? Zolang zulke remises niet van te voren zijn afgesproken, en aangenomen dat de spelers zich volledig bewust zijn van het gevolg van een halve punt op de plaats in de stand van het toernooi, wat is er verkeerd aan het gebruik in de praktijk dat voor beide spelers voordelig is?

Verder zie ik niet hoe de integriteit van het spel een rol speelt bij groot-
meesterremises. Zulke remises die tamelijk gewoon zijn aan de hoogste borden in de slotronde, zijn nog steeds zeldzaam in vergelijking met het totaal aantal partijen op het desbetreffende toernooi. Wanneer in de helft van de partijen op het toernooi snelle remises voorkomen, zou er reden zijn voor zorg.

Echter, gegeven het feit dat grootmeesterremises in het algemeen zelden voorkomen, geloof ik niet dat het sportieve karakter van het schaakspel op het spel staat wanneer de vraag naar grootmeesterremises aan de orde komt. Inderdaad, om de topborden te bereiken moet elke speler eerst de meeste van zijn of haar partijen winnen.

Ten slotte een meer praktische aantekening, ik geloof dat het overdreven is te stellen dat fans tekort worden gedaan bij de uitslag van een grootmees-
terremise. Schakers kunnen inderdaad de mogelijkheid worden ontzegd om een partij in een ronde te zien of na te spelen, maar de mogelijkheid bestaat nog steeds de partijen van andere ronden te zien en na te spelen.

Zo geef ik bijvoorbeeld toe dat fans niet de mogelijkheid hebben gekregen een echte wedstrijd te zien tussen de grootmeesters Yudasin en Ehlvest, maar hoe staat het met het zien of naspelen van de partijen van beide spe-
lers in alle andere elf ronden van het toernooi?

Nogmaals, wanneer grootmeesterremises op grote schaal voorkomen is er reden voor zorg, maar zulke remises zullen altijd zeldzaam blijven omdat een speler een toernooi niet kan winnen zonder partijen te winnen.


III. Samenvatting

Samenvattend heb ik geprobeerd te laten zien dat de argumenten tegen grootmeesterremises meer open staan voor discussie dan de meesten van ons zich realiseren. Er bestaan tegenstrijdigheden en tekortkomingen in de regels, en er zijn ethische overwegingen voor de bescherming van de rech-
ten van de spelers.

Ik beweer niet argumenten te hebben gegeven die immuun zijn voor kritiek. Ik heb eenvoudig een redelijk geval geschetst waarom grootmeesterremises (die niet van te voren zijn afgesproken) zowel juridisch als ethisch geoor-
loofd zijn,'

aldus Thomas Hesse.


top  


2. Schakers veranderen in boekhouders

Gert Ligterink, in zijn column op Corus van 19 september 2009:

'In een open toernooi, waarin schakers op de slotdag doorgaans veranderen in boekhouders, hebben we leren leven met afgesproken remises en lege borden in de laatste ronde. Ten onrechte overigens. Voor de toeschouwers, die rekenen op een fel gevecht om de ongedeelde eerste prijs, is het moei-
lijk te verteren als twee koplopers elkaar na een paar obligate zetten vrien-
delijk toeknikken en de pot verdelen.

Wat in een open toernooi vergoeilijkend een slechte gewoonte kan worden genoemd, is volstrekt verwerpelijk in een gesloten toernooi. Afgesproken remises horen daar niet thuis en al helemaal niet in de laatste ronde, die de spannendste van het toernooi zou moeten zijn. En het wordt nog erger als de remise-uitslag van een partij al voor de slotdag bekend is,'

aldus Ligterink.


3. Kampioenschap USSR 1967

Wit: Lev Polugaevsky
Zwart: Mikhail Tal
Kampioenschap USSR 1967
Kharkov, 25 december 1967
Twaalfde ronde

Mikhail Tal, The life and games of Mikhail Tal, blz. 338.

1.d4 Pf6 2. c4 e6 Wit biedt remise aan. Zwart neemt dat aan.

Tal legt uit: 'Ik speelde 2. ... e6 en Lev bood mij remise aan. Ik nam dat aan, maar voor het fatsoen speelden we nog zo'n twaalf zetten. De vraag wie de eerste zou worden kwam aan de orde in de laatste, de dertiende ronde.


4. Open Nederlands kampioenschap 1974

Wit: Fred van der Vliet
Zwart: Konstanty Kaiszauri (Zweden).
Open Nederlands kampioenschap 1974
Dieren
Laatste ronde.

1. Pf3 en remise.

Van der Vliet kampioen.


5. Reykjavik Open 2009

Wit: Sebastian Maze (2579)
Zwart: Igor Alexandre Nataf (2533)
Reykjavik Open 2009
Reykjavik 24 maart 2009
Zevende ronde 1. e4 e5 2. Pf3 Pf6. Remise.


top  


6. Bijna een remiseafspraak om een norm te halen

Op het Ohra-toernooi in 1984 kan Hans Böhm in de laatste ronde tegen Jan Timman een grootmeesterresultaat halen, indien hij die partij remise speelt. Timman heeft na afloop onomwonden laten blijken daartoe bereid te zijn geweest mits Portisch ook remise speelde. In dat geval zouden Timman en Portisch de eerste plaats delen.

Wit: Hans Böhm
Zwart: Jan Timman
Amsterdam, Ohra-toernooi
27 juli 1984

Schakend Nederland 1984, blz. 256 en 258




1. d4 Pf6 2. c4 e6 3. Pc3 Lb4 4. g3 c5 5. Pf3 cxd4 6. Pxd4 0-0 7. Lg2 d5 8. cxd5 Pxd5 9. Ld2 Lxc3 10. Lxc3 Pxc3 11. bxc3 e5 12. Pb5 Da5 13. Db3 Pc6 14. 0-0 Le6 15. Db2 Tfd8




Inmiddels is ongeveer een uur gespeeld. Op dit moment biedt Portisch in zijn partij tegen Campora remise aan. Böhm ziet dat Campora dit aanvaardt. Als hij ook remise speelt heeft hij zijn grootmeesterresultaat bereikt. Om remise aan te bieden moet hij een zet doen.

Böhm tegen Timman: 'Weet je dat Portisch remise heeft gegeven?' Timman loopt weg en in mijn enthousiasme, in mijn zenuwen, in mijn afwachting op een spontaan gebaar deed ik de eerste de beste normaalzet 16. Tfd1, een uiterst zwakke zet. Na 16. Pa3 is de stelling gelijk,' aldus Böhm in Schakend Nederland blz. 258.

'Timman stond nu voor een dilemma. Böhm het half punt geven of doorspe-
len. Hij zei na afloop: 'De fout was zo ernstig dat ik wel door moest spelen,' aldus SN blz. 256.

16. ... Db6 17.Tdb1 a6 18.c4 axb5 19. cxb5 Pa5 20. Dxe5 Td2 21. a4 Tad8 22. h4 f6 23. Dh5 Lf7 24. Dg4 Pb3 25. Ta3 T2d4 26. e4 Td2 27. Df4 Pd4 28. Lf1 Da5 29. Tc1 Pe2+ 30. Lxe2 Txe2 31. Tac3 Le6 32. Df3 Ted2 33. e5 fxe5 34. De3 Dxa4 35. Dxe5 Dg4 36. Te1 Td1 37. Te3 Lf7 38. Txd1 Dxd1+ 39. Te1 Df3 40. Dg5 Td1 41. Txd1 Dxd1+ 42. Kh2 Dd5 43. Dc1 h6 44. b6 Df3 45. Dc8+ Kh7 0 - 1


top  


7. Grootmeesterremises op Curaçao

Van 1 mei tot 1 juli 1962 heeft de Nederlands Antilliaanse Schaakbond, in die tijd een onderdeel van de KNSB, op Curaçao in de Nederlandse Antillen het Kandidaten Toernooi georganiseerd.

Aantal deelnemers acht, te weten Pal Charles Benko (USA), Miroslav Filip (Tsjecho-Slowakije), Robert James Fischer (USA), Efim Petrovich Geller (USSR), Paul Keres (USSR), Victor Lvovich Korchnoi (USSR), Tigran Varta-
novich Petrosian (USSR) en Mikhail Tal (USSR).

Het toernooi bestaat uit vier delen. Elk deel bestaat uit een round robin van zeven ronden. Na vier delen hebben de deelnemers in totaal 28 ronden ge-
speeld. Zo spelen de spelers vier partijen tegen elkaar.

De winnaar van het toernooi, Petrosian, heeft het recht de op dat moment heersende wereldkampioen Botwinnik uit te dagen. Petrosian zal overigens later Botwinnik verslaan.

Zie vooral: Jan Timman, Curaçao 1962: The Battle of Minds that Shook the Chess World.




Al halverwege het toernooi verschijnen de eerste artikelen over opmerke-
lijke, snelle remise partijen tussen Geller, Keres en Petrosian. Na afloop van het toernooi beschuldigt Fischer deze drie spelers van vals spel. Hij laat zien dat zij in hun vier partijen tegen elkaar snelle remises overeenkwamen om zo hun krachten te sparen:
- Geller en Petrosian in resp. 21, 18, 16 en 18 zetten.
- Keres en Petrosian in 17, 21, 22, en 14 zetten.
- Geller en Keres in 27, 17, 22 en 15 zetten.

Alle partijen zijn gepubliceerd op The games of the Curaco Candidates, 1962.   Lees verder  

Zie ook:
- Hans Ree, Chesscafe, 26 juli 2005, Conspirators
- Tim Krabbé, 22 oktober 2005, 299, The legend of the Curaçao conspiracy.

Wit: Paul Keres
Zwart: Tigran Petrosian
Kandidatentoernooi
Curaçao, 1962
Hans Ree, Chesscafe, 26 juli 2005, Conspirators

1. e4 c5 2. Pf3 Pc6 3. d4 cxd4 4. Pxd4 g6 5. c4 Pf6 6. Pc3 Pxd4 7. Dxd4 d6 8. c5 Lg7 9. Lb5+ Ld7 10. Lxd7+ Dxd7 11. cxd6 0-0 12. Lg5 Pe8 13. Db4 Pxd6 14. f3 a5 remise.




Wit: Efim Geller
Zwart: Tigran Petrosian
Kandidatentoernooi
Curaçao, 1962
Vierde ronde

1. e4 c6 2. d4 d5 3. e5 Lf5 4. Ld3 Lxd3 5. Dxd3 e6 6. Pf3 Da5+ 7. Pbd2 Da6 8. c4 Pe7 9. 0-0 Pd7 10. b3 Pf5 11. Lb2 h5 12. a4 Le7 13. Dc3 g5 14. b4 g4 15. Pe1 dxc4 16. Pxc4 Pb6 17. Pxb6 Dxb6 18. Pc2 0-0-0 remise.




top  


8. De vriendenremise




In Belgrado in 1977 hadden Korchnoi en Spassky een legendarische kandi-
datenwedstrijd gespeeld. De hoofdscheidsrechter was Bozidar Kazic. In die wedstrijd had Spassky last van hypnotische krachten. Hij stelde dat iemand met paranormale kwaliteiten hem probeerde te beïnvloeden. Daarom zat Spassky gedurende de hele wedstrijd in zijn rustkamertje. Hij kwam alleen tevoorschijn als hij een zet moest doen.

Nadat Korchnoi een paar partijen had verloren, ging Korchnoi het gedrag nadoen. Het publiek zag dus zo nu en dan een speler opkomen die een zet deed. Na de negende ronde verscheen Spassky eerst met een zonneklep en later met een duikbril als hij een zet moest doen. Korchnoi won en ging door naar het wereldkampioenschap.

Echter, de vijanden van toen zijn de vrienden van nu. In Elista vindt van 17 tot 27 december 2009 een herhalingswedstrijd plaats. Het gaat om een wed-
strijd van acht ronden. Het toernooi is een groot feest.



Een zangeres uit Kalmukkië opent het toernooi feestelijk


top  


Na zeven ronden is de stand gelijk. De laatste ronde moet uitmaken wie van hen de sterkste is.

Wit: Boris Spassky, 72, (2548)
Zwart: Victor Korchnoi, 78, (2567)
Elista, 26 december 2009
'Battle of the Giants'
De vriendenremise
Achtste ronde

1. e4 e5 2. Pf3 Pf6 3. Pxe5 d6 4. Pf3 Pxe4 5. De2 De7 6. d3 Pf6 7. Lg5 Dxe2+ 8. Lxe2 Le7 9. Pc3 h6 10. Lf4 0-0 11. 0-0-0 c6 remise.

Een grootmeester remise. Of, beter zoals Hans Ree deze kwalificeert 'een vriendenremise'.

Shaun Press vindt deze uitslag niet verrassend. Zij is meer een aanwijzing voor een oudere generatie. Voor Spassky is deze uitslag overigens beter dan voor Korchnoi, omdat Spassky de laatste zeven jaar geen toernooien heeft gespeeld die invloed hebben op zijn FIDE-rating. Press denkt niet dat dit tweekamp een teken is voor de oud-wereldkampioen om terug te komen. Als namelijk het 'schaak nostalgie' dat wenst, kan hij via die route een extra zakcentje verdienen, zo meent Press.

Peter Doggers op ChessVibes heeft een ander commentaar: ´(...) de twee schaaklegenden hadden genoeg gezien en kwamen in de laatste partij na elf zetten remise overeen. Een snelle remise in een Petroff opening - normaal gesproken zouden we zoiets afkeuren, maar in dit geval is het volledig ver-
diend. Het werk was gedaan, het publiek sloot het af met applaus.

Op het moment waarop ik dit typ, kijk ik naar Bruce Springsteen en Bono die op de Nederlandse televisie in de 25ste Rock en Roll Hall of Fame zingen: 'I still haven't found what I'm looking for'.

Twee geweldige artiesten samen op de bühne om dat te doen waarin zij goed zijn. Het was een soortgelijk genoegen om Korchnoi en in het bijzonder Spassky aan het schaakbord tegenover elkaar te zien, om tegen elkaar te vechten zoals zij dat in hun beste dagen hebben gedaan.'


9. De bekende grootmeesterremise

Op internet circuleert de volgende partij als voorbeeld.

1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lb5 a6 4. Lxc6 dxc6 5. 0-0 Lg4 6. h3 h5 7. c3 Dd3 8. hxg4 hxg4 9. Pxe5 Ld6 (een pseudo dame offer).




10. Pxd3 Lh2+ (leidt tot driemaal dezelfde stelling) 11. Kh1 Ld6+ etc.


© 2010  Pieter de Groot

top  

vorig artikel schaakrechtVORIGE | VOLGENDEvolgend artikel schaakrecht
GERELATEERD ARTIKEL
Pieter de Groot:
'Ernstige, plotselinge aanvallen van remise'.

Lees verder  


Pieter de Groot:
'De remiseovereen-
komst volgens John Nunn'.

Lees verder  


Pieter de Groot:
'De remiseovereen-
komst volgens Mark Dvoretsky'

Lees verder  


Pieter de Groot:
'De Bilbao remiseregel 3-1-0'

Lees verder  


Pieter de Groot:
'Een onderzoek naar remiseovereenkomsten'

Lees verder  


Pieter de Groot:
'De remiseovereen-
komst volgens Maurice Ashley'

Lees verder  


Pieter de Groot:
'Ook de vereniging van beroepsschakers weet geen oplossing'

Lees verder  


Pieter de Groot:
'Waarom de Bilbao-regel niet werkt'

Lees verder  


Pieter de Groot:
'Is schaken een sport?'

Lees verder  


WILT U REAGEREN?
Pieter de Groot stelt een inhoudelijk reactie op de schaakrechtartikelen zeer op prijs. Natuurlijk kunt u ook vragen stellen over de behandelde onderwerpen.

mailPieter de Groot