DE MERKWAARDIGE VARIANT VAN EEN TOPSCHEIDSRECHTER |
'Ik weet zeker dat jullie elkaar niet de hand zullen schudden' Gijssen Op het Ambertoernooi moeten Topalov en Kramnik tegen elkaar schaken. Dat is een risico wedstrijd. Zullen zij elkaar de hand schudden? Wat gebeurt er als de speler de hand uitsteekt en de tegenstander deze weigert? Dan hangt er een schandaal in de lucht. Wat moet een scheidsrechter doen? Dit artikel is een illustratie dat een scheidsrechter niet alleen rekening moet houden met het nemen van een juiste beslissing, maar dat hij ook moet letten op zijn gedrag. Overzicht van paragrafen: 1. Het Ambertoernooi 2. Topalov - Kramnik 3. De Lex Topalov-Kramnik 4. De uitwendige discipline van een topspeler 5. Het aanbieden van excuses door Topalov 6. Het interview met Gijssen 7. Het probleem op het Ambertoernooi 8. Mogelijke varianten 9. De Gijssen-variant 1. Het Ambertoernooi Het achttiende Amber Blindfold en Rapid toernooi 2009 wordt georganiseerd door de Association Max Euwe in Monaco. In Nice wordt het gehouden van 14 maart tot 26 maart. Dit jaar is het speelveld sterker dan ooit. De twaalf deelnemers zijn in alfa- betische volgorde, met vermelding nummer op de wereld rakinglijst op dat moment: Wereldkampioen Viswanathan Anand (India, nr. 2), Levon Aronian (Armenië, nr. 11), Magnus Carlsen (Noorwegen, nr. 4), Vasily Ivanchuk (Oekraïne, nr. 3), Gata Kamsky (Verenigde Staten van Amerika, nr. 17), Sergey Karjakin (Oekraïne, nr. 27), Vladimir Kramnik (Rusland, nr. 8), Peter Leko (Hongarije, nr. 9), Alexander Morozevich (Rusland, nr. 5), Teimour Radjabov (Azerbeidzjan, nr. 6), Veselin Topalov (Bulgarije, nr. 1) en Wang Yue (China, nr. 13). Op het plafond hangen camera's die de partijen registreren. Bij een geschil kunnen deze dienen als bewijs voor wat er is gebeurd. Camera's boven de speelborden (foto John Nunn) 2. Topalov - Kramnik Vorig jaar op het zeventiende Ambertoernooi weigerden Vladimir Kramnik en Veselin Topalov voorafgaande aan de partijen elkaar de hand te geven. Zie ook Blindschaak in Nice Hetzelfde gebeurde op Corus 2008. En, ook dit jaar doen zij dat niet op het Ambertoernooi. Ze weigeren elkaar de hand te schudden voor het begin van de partijen ra- pid- en blindschaak. Zo is het gebruik ontstaan dat de speler die het eerst aan het bord verschijnt - in dit geval Topalov - zich in de positie manoeu- vreert door niet de hand uit te steken. Zodoende kan de tegenstander - Kramnik - de handdruk niet weigeren. Overigens, op het Ambertoernooi schudden ook Topalov en Morozevich elkaar niet de hand, waarbij de laatste een nieuwtje heeft geïntroduceerd: hij blijft achter een pilaar staan tot de fotografen zijn vertrokken. Veselin Topalov (2796) Vladimir Kramnik (2759) Nice, 19 maart 2009 Amber 2009 Blindschaak en Rapidschaak, vijfde ronde Geen handen schudden bij blindschaak (foto John Nunn) Geen handen schudden bij rapid (foto John Nunn) 3. De Lex Topalov-Kramnik Sinds het dramatische herenigingkampioenschap 2006 in Elista weigeren Topalov en Kramnik elkaar de hand te schudden. In de presidentiële raad van de FIDE 2007 werd besloten harde maatregelen te treffen tegen spelers die weigeren dat te doen. Vanaf eind 2007 is een verplichting in bijzondere toernooireglementen van de FIDE opgenomen met als straf op overtreding daarvan een reglementaire nul. Het artikel luidt: 'De spelers moeten elkaar de hand schudden (of elkaar op een andere op een algemeen aanvaarde wijze groeten die in overeen- stemming is met de omgangsvormen van het land) voor en na afloop van elke partij. Indien een speler aan dit vereiste niet voldoet, ook niet nadat de hoofdscheidsrechter heeft gevraagd dat te doen, zal hij de partij onmiddellijk verliezen.' De regel is dus al inwerking getreden. De verplichting in deze bijzondere reglementen wordt ook wel genoemd naar de degenen die daartoe aanlei- ding gaven en zo de naamgevers daarvan zijn geworden: 'de Lex Topalov-Kramnik'. Zie ook Kramnik kent in ieder geval deze Lex. In die tijd was hij als wereldkampioen lid van de raad van bestuur van de FIDE en hij ontving uit dien hoofde alle vergaderstukken. En ik neem aan dat Topalov deze Lex ook kent. Bovendien zullen de adviseurs van de spelers hen dit vast wel hebben verteld. Als de FIDE een regel stelt die de verhouding tussen topschakers ordenen en regelen, heeft de scheidsrechter een taak als er problemen en conflicten tussen twee topschakers zijn. In mijn artikel 'Wie het eerst de hand uitsteekt in een schaakpartij' heb ik geschreven dat ik niet gelukkig ben met deze verplichting. En ik hoop dat deze regel voor amateurs niet verplicht wordt gesteld. Nu de regel inmiddels geldt voor toernooien georganiseerd door de FIDE zullen we er maar mee moeten leren leven. En afwachten in hoeverre deze waarden doorwerken voor amateur-schakers. Lees het artikel 4. De uitwendige discipline van een topspeler De achterliggende gedachte van de presidentiële raad is het opleggen van de uitwendige discipline op topschakers. Zo leggen bijvoorbeeld het gezin en de school een kind de uitwendige disci- pline op om bij het kind te komen tot een inwendige discipline. Daardoor is iemand gelukkig niet zichzelf en valt hij de medemens ook niet lastig met zijn 'natuurlijke' neigingen en zijn 'authentiek' gedrag. We moeten ons be- hoorlijk en beschaafd gedragen, daarom hebben we ons 'natuurlijk' gevoel getemd. We hebben ons 'aangepast' en we beheersen ons. Plato (427 - 347 v. Chr.) onderwees dat al. Een (top)schaker moet dus helemaal niet zichzelf zijn, maar hij moet een zodanige discipline nastreven dat hij op behoorlijke of aanvaardbare wijze zich verhoudt tot zijn tegenstander. Dit mag men sportiviteit noemen. Sportief is het schudden van de hand voorafgaande aan de wedstrijd. Een speler hoeft niet te laten blijken dat hij zijn tegenstander aardig vindt, hij mag volstaan met te doen alsof. Want we moeten echt niet denken dat alle spelers hun tegenstander aardig vinden. Iedereen kent wel iemand te- gen wie hij liever niet schaakt. Toch geeft hij hem een hand. Zo gedragen we ons ook op ons werk, en in onze contacten met anderen. We doen dagelijks niet anders, hoger en lager personeel, we doen het allemaal. Wij allen spelen onze rol in de samenleving. En we weten dat we echt niet altijd hoeven te menen wat we doen. Keef van the Rolling Stones zingt dat al op Bridges to Babylon: 'You don't have to mean it You just got to say it to me baby Sweet lies Baby, baby dripping from your lips' Wat er ook is voorgevallen tussen topschakers, ze moeten zich in een partij sportief gedragen en moeten elkaar daarom de hand schudden. Het gaat ook om de voorbeeldfunctie voor de schaakliefhebbers en het publiek. Als dit doel niet goedschiks kan worden bereikt, moet het maar kwaadschiks: een reglementaire nul als stok achter de deur bij weigerachtig gedrag. Opdat het gedrag wordt veranderd. Dat nu is het doel van de presidentiële raad. Het gaat dus om het beteugelen van de emoties van de topschaker, ook al zijn die emoties gerechtvaardigd. De emoties blijven ondergeschikt aan de sportiviteit. Begrijp me goed, ik probeer slechts de achterliggende gedachte van de FIDE weer te geven. Door de Lex Topalov-Kramnik is de geest uit de fles en deze is niet meer daarin terug te krijgen. Het al of niet de hand schudden ligt uiterst gevoelig. Door deze nieuwe formulering is de eerdere, ongeschreven etiquette voor topschakers veranderd in waarden en normen met een aanzienlijk zwaarde- re gelding. De wereld is voor topschakers op dit punt veranderd. Indien de Lex Topalov-Kramnik niet is opgenomen in een specifiek toernooi- reglement, zou het weigerachtige gedrag van een topspeler schending kun- nen zijn van artikel 12.1, het verbod het schaakspel in diskrediet te brengen. Op wereldniveau wordt het namelijk als te gek gevonden dat topspelers el- kaar niet de hand schudden. Het kan leiden tot het geven van een straf op grond van artikel 13.7. Hierbij hoeft niet gedacht te worden aan een regle- mentaire nul maar wel bijvoorbeeld aan een tijdstraf. 5. Het aanbieden van excuses door Topalov Topalov heeft Kramnik beschuldigd van vals spelen tijdens de herenigings- wedstrijd Elista 2006. Kramnik zou namelijk hulp hebben gehad van een computer. Topalov heeft dat ook na die wedstrijd in een interview gesugge- reerd. Zie ook de beslissing van de Ethische commissie van de FIDE van 29 juli 2007, Case N. 4/2006, inzake 'Wereldkampioenschap in Elista, de heer Veselin Topalov, de heer Silvio Danailov' (klacht van de heer Carsten Hensel en de heer Vladimir Kramnik). En lees ook het boek van Topalov 'Topalov-Kramnik, On the Edge in Elista'. Kramnik accepteert deze beschuldiging niet. Kramnik eist van Topalov dat hij zijn woorden terugneemt en dat hij zijn excuses aanbiedt. Zolang Topalov dat niet doet weigert hij met Topalov te praten en hem de hand te schudden. Rijst de vraag of Topalov zijn excuses zal aanbieden. Als hij dat doet, zou dat gezichtsverlies voor hem betekenen. Echter, vroeg of laat komt er een moment waarop beide spelers tegen el- kaar moeten spelen in een wedstrijd waar de Lex Topalov-Kramnik geldt. Dan zullen ze elkaar de hand moeten schudden, ook al heeft Topalov zijn woorden niet terug genomen. Beide spelers weten dat. Vandaar dat ze el- kaar in de gaten houden wie van hen het eerst een stap in de goede richting zet. 6. Het interview met Gijssen Op de website van het Ambertoernooi staat een filmpje met een interview met de scheidsrechter Gijssen en met Topalov en Kramnik, 'the status quo', 'they aren't shaking hands'. Bekijk het filmpje Op het filmpje vertelt Gijssen dat hij voor de partijen contact heeft opgeno- men met het beide spelers. Gijssen: 'I was sure that they should not shake hands. They would not. I was sure about it. You know, I was a little bit of joking. Ok, I am sure you will not shake hands before the game. I wil do it with you, and with Veselin and the vicepresident. That was all. And they both were laughing.' Hij vertelt hen dat hij zeker weet dat de spelers elkaar geen hand zullen geven. Topalov vraagt of hij verplicht is de hand van Kramnik te schudden. Gijssen antwoordt dat die plicht niet in de regels staat. Daarop zegt Topalov dat als Gijssen hem daartoe dwingt, hij de hand wel zal schudden. Gijssen interpreteert deze opmerking uitdrukkelijk als een grap. Gijssen: 'Waarom zou ik hem dwingen? Als spelers elkaar de hand geven moet dat een betekenis hebben. Als de betekenis uit dwang bestaat, is het gebaar betekenisloos.' Gijssen verwacht niet dat beide spelers elkaar in de toekomst ooit de hand zullen schudden. In het interview vertelt Kramnik dat Topalov zijn excuses moet aanbieden voor zijn gedrag in Elista 2006. Zolang Topalov dat niet doet weigert Kram- nik met hem te praten en hem de hand te schudden. Als mens bestaat To- palov niet voor hem, wel als schaker. 7. Het probleem op het Ambertoernooi Na deze lange aanloop dan nu het probleem. Iemand die zelf een toernooi organiseert mag zelf de toernooiregels vaststellen. Op het Ambertoernooi geldt de Lex Topalov-Kramnik niet. Een scheidsrechter weet dat er een risicowedstrijd wordt gespeeld. Hij is net een schaker. Hij prepareert zich op wat kan komen. De scheidsrechter denkt vooruit hoe schakers zich kunnen of zullen gedragen, en hoe hij daarop kan of moet reageren. Ziet u het volgende scenario voor u? Topalov steekt zijn hand uit en Kramnik weigert deze te drukken. Topalov is daardoor beledigd en roept de tussenkomst in van de scheidsrechter en eist naar analogie van de Lex Topalov-Kramnik dat Kramnik zijn hand schudt op straffe van verlies van de partij. Wie van hen durft dit spel het hardst te spelen? Kramnik die blijft weigeren, of toch de hand drukt, of Topalov die zijn eis intrekt? Arme topscheidsrechter, wat moet hij beslissen? Traumatische herinneringen doemen op die gaan over zijn zwakke optreden in Elista 2006 en zijn bloed- druk van 220. De topscheidsrechter moet dus rekening houden met dit probleem. Hij gaat dus na welke varianten mogelijk zijn. 8. De mogelijke varianten Op grond van het Voorwoord moet een scheidsrechter beschikken over een goed beoordelingsvermogen en hij moet volstrekt objectief zijn. De eisen van een FIDE-topscheidsrechter zijn niet dezelfde als die van een scheidsrechter in de KNSB-competitie of die in een regionale bond. Voor hem gelden hogere eisen. Hij moet voldoen aan de hoogste normen van integriteit. Van hem als FIDE-topfunctionaris mag worden verwacht dat hij zich conformeert aan het beleid van de presidentiële raad, en de raad van bestuur van de FIDE. De FIDE-topscheidsrechter toont moreel leiderschap en brengt loyaal die boodschap over naar de topschakers. Naar buiten toe vertolkt hij dit beleid, en holt dat niet stiekem uit. Een topscheidsrechter maakt zich namelijk ongeloofwaardig als hij op het ene toernooi waar de Lex Topalov-Kramnik niet geldt zich daarover lacherig uitlaat en deze zelfs belachelijk maakt. En op een ander toernooi deze Lex strikt uitvoert. In het gewone leven zwijgen een werknemer en een ambtenaar naar buiten over het bekritiseren of belachelijk maken van het beleid van het bedrijf of hun dienst of directie. De presidentiële raad en de raad van bestuur van de FIDE zouden het filmpje van het Ambertoernooi eens moeten zien! Als een scheidsrechter zoiets doet wordt hij nooit weer uitgenodigd voor een wed- strijd georganiseerd door de FIDE. De topscheidsrechter heeft verschillende varianten. De eerste hoofdvariant In de eerste hoofdvariant doet de scheidsrechter helemaal niets. Hij wacht af wat de spelers doen. Subvariant A. Beide spelers verschijnen aan het bord en geven elkaar een hand al of niet met een afgewend gezicht, al of niet met een handschoen aan. De partij kan beginnen. Subvariant B. Beide spelers verschijnen aan het bord en geven elkaar geen hand. De par- tij kan beginnen. Subvariant C. Topalov steekt zijn hand uit, Kramnik weigert deze te schudden. Topalov laat het er bij zitten. De partij kan beginnen. Subvariant D. Topalov steekt zijn hand uit, Kramnik weigert deze te schudden. Topalov roept de tussenkomst in van de scheidsrechter. Hij is beledigd. Er dreigt een rel te ontstaan. Topalov: 'Scheidsrechter, ik roep uw tussenkomst in, mijn tegenstander weigert mij de hand te schudden.' De scheidsrechter: 'Ik weet het. Ik heb het ook gezien. Tussen u beiden is in het verleden iets ernstigs gebeurd. Het is onmogelijk dit probleem de komende minuten op te lossen. Dat vereist urenlange besprekingen. Dat kan niet nu worden opge- lost. Omdat dit feest niet verstoord mag worden, moet er verder worden gespeeld. Ik wijs uw tussenkomst af en gelast u zonder handen te schudden met de partij te beginnen. Op grond van artikel 13.3 zie ik erop toe dat mijn beslissing wordt nagekomen.' Subvariant E. Vervolg op subvariant D. Topalov: 'Ik weiger een zet te doen voordat Kramnik mij de hand heeft geschud.' De scheidsrechter: 'Ik wijzig mijn beslissing niet.' Topalov: 'Ik teken beroep aan bij de commissie van beroep.' Subvariant F. Vervolg op subvariant D. Topalov steekt zijn hand uit, Kramnik weigert deze te schudden. Topalov roept de tussenkomst in van de scheidsrechter. Hij is beledigd. Er dreigt een rel te ontstaan. Topalov: 'Scheidsrechter, ik roep uw tussenkomst in, mijn tegenstander weigert mij de hand te schudden.' De scheidsrechter: 'Kramnik, ik verzoek u de hand van Topalov te schudden.' En zo kan men doorgaan met varianten. Zoals een professionele schaker alle varianten uitwerkt, zo doet een professionele scheidsrechter dat ook. De tweede hoofdvariant De tweede hoofdvariant is dat de scheidsrechter van te voren bij de spelers langsgaat. Hij legt hen uit wat de nieuwe waarden en normen zijn. En dat dit een toernooi is in een feestelijke entourage. Hij doet een klemmend beroep op beide spelers elkaar de hand te drukken. Ook hier zijn veel subvarianten mogelijk. De scheidsrechter werkt deze uit. Als Topalov tegen de scheidsrechter zegt dat hij bereid is de hand van Kramnik te schudden, moet de scheidsrechter dit vooral niet als een grap interpreteren. Hij moet de uitlating aangrijpen door serieus erop in te gaan. En als de beide spelers nog steeds weigeren, prima. De scheidsrechter heeft gedaan wat van hem verwacht mag worden. De scheidsrechter heeft zijn best gedaan, hij staat machteloos en legt geen straf op. Vroeg of laat komen ze elkaar toch wel tegen op een toernooi georganiseerd door de FIDE en dan merken ze het dan wel. Het is slechts uitstel van executie. 9. De Gijssen-variant Gijssen heeft een eigen variant. Hij weet van te voren zeker dat beide spe- lers elkaar niet de hand zullen schudden. Hij gaat voorafgaande aan de partij naar de spelers. En maakt een vreemde openingszin: 'Ik weet zeker dat jullie elkaar de hand niet zullen schudden'. Het is smeken om een bevestiging. Toen beide spelers die gaven sprong Gijssen een gat in de lucht van blijdschap. Wat een opluchting, hij moet er zelfs om lachen en de anderen ook. Want nu heeft Gijssen geen probleem! Als Topalov had gezegd dat hij wel zijn hand zou uitsteken, had hij een zeer groot probleem, omdat Kramnik die hand vermoedelijk zou weigeren. En dan kwam er een schandaal dat hij niet kon beheersen. Daarom interpreteert Gijssen de opmerking van Topalov dat hij de hand wel wil uitsteken direct als een grap. Gijssen vertelt dat wel tweemaal opdat de kijker echt gelooft wat Gijssen zegt. Vervolgens overdrijft hij en hij vertelt aan Topalov dat de verplichting niet is geregeld in 'de Regels'. Ha, ha, ha, ha. Zo zorgt Gijssen ervoor dat Topalov het niet in zijn hoofd moet halen zijn hand uit te steken! Gijssen verwacht niet dat beide spelers elkaar in de toekomst ooit de hand zullen schudden. Dat begrijp ik niet. De Lex Topalov-Kramnik geldt ook (zelfs vooral) voor Topalov en Kramnik op een FIDE-toernooi. De FIDE dwingt hen de handen te schudden. Echter, Gijssen doet alsof hij de Lex niet kent. Zoiets doen we ook in het dagelijkse leven in ongelegen situaties: we doen alsof we iets niet weten. Door bij de spelers langs te gaan en tegen hen te zeggen dat hij 'zeker weet dat de spelers elkaar de hand niet zullen schudden' pookt hij het vuurtje op. En ja hoor, het vlamt op. De spelers willen elkaar niet de hand geven. Hij heeft ervoor gezorgd dat beide spelers op dezelfde lijn zitten. Er komt geen conflict, er komt geen schandaal. Er ontstaat een beeld van een scheids- rechter als manipulator van spelers. En zo duwt Gijssen beide spelers nog dieper het moeras in, zodat een oplossing zonder gezichtsverlies in de toe- komst nog zwaarder wordt. De benadering van Gijssen is erop gericht het probleem niet te willen en zullen oplossen, maar vooruit te schuiven naar een andere scheidsrechter. Na Gijssen de zondvloed. 'Het is erg moeilijk toe te geven dat hij ongelijk had,' onthult Gijssen. De kijker denkt dan onmiddellijk aan Topalov die Kramnik ten onrechte heeft beschuldigd van vals spel. Maar nee hoor, Gijssen schrikt zelf van zijn woor- den voegt er snel aan toe: voor Topalov of voor Kramnik. Zo doet Gijssen alsof hij na ruim twee jaar nog steeds geen idee heeft waar de pijn bij de spelers zit. Hij spaart de kool en de geit. 'They are such nice lads. And it is a pity that those two guys don't understand each other,' voegt hij er aan toe. Wat vindt u van deze variant? - is deze behoorlijk? - is deze een beetje behoorlijk? - is deze onbehoorlijk? - zou u deze variant in dezelfde situatie ook zelf hebben toegepast? - vindt u deze variant integer? Dit soort vragen mogen en moeten worden gesteld. Het is goed dat scheidsrechters over dit soort vragen discussiëren. Ook al komen zij niet voor dit probleem te staan, zij komen wel voor andere problemen te staan. Dan moeten zij erop zijn voorbereid op wat voor manier zij zich zullen gedragen. Het gaat niet alleen om hun beslissing, maar ook om hun gedrag. En gedragingen van topscheidsrechters kunnen worden getoetst door de Ethische commissie van de FIDE. © 2009 Pieter de Groot |
GERELATEERDE ARTIKELEN |
Pieter de Groot: 'Blindschaak in Nice' Lees verder |
Pieter de Groot: 'Het handen schudden, deel 1' Lees verder |
Pieter de Groot: 'Wie het eerst de hand uitsteekt in een schaak- partij' Lees verder |
WILT U REAGEREN? |
Pieter de Groot stelt een inhoudelijk reactie op de schaakrechtartikelen zeer op prijs. Natuurlijk kunt u ook vragen stellen over de behandelde onderwerpen. Pieter de Groot |