HOME     SCHAAKRECHT     SCHAAKRECHTSVRAGEN     VRAAG 01-06-2006
UITVLUGGEREN DEEL 2
I.   Eerste geval

Derde Marx György toernooi in Paks, Hongarije
Wit: Emil Sutovsky, Israel (2665)
Zwart: Krishnan Sasikiran, India (2642)




75. Txa6. Volgens Dennis Monokroussos op zijn weblog 'the Chess Mind' is deze stelling theoretisch remise, zolang de koning niet naar dezelfde hoek gaat als de kleur van de loper.

Stel, zwart claimt remise op grond van artikel 10.2. Hij heeft op dat moment nog één minuut en 59 seconden bedenktijd. De tegenstander heeft zeven minuten bedenktijd. De scheidsrechter heeft een rating ver beneden die van de spelers.

Vraag 1

Wat moet de scheidsrechter beslissen op de 75e zet?

Vraag 2

Moet de scheidsrechter wit twee minuten extra bedenktijd toekennen?


Het vervolg van de partij:
75. ... Ke7 76. Tc6 Ld4 77. Kf5 Kd7 78. Tc4 Lb2 79. Tb4 Lc3 80. Tb6 Ld4 81. Ta6 Lc3 82. Ke4 Kc7 83. Kd5.
Stelling na 83. Kd5




Het vervolg van de partij:
83. ... Kb7 84. Tc6 Le1 85. Kd6 Lg3+ 86. Kd7 Lb8 87. Te6 Lg3 88. Te3 Lf4 89. Te4 Lg3 90. Tg4 Le5 91. Tb4+ Ka8 92. Kc6 Lb8 93. Tb5 La7 94. Kc7 Lf2 95. Ta5+ La7 96. Td5 Lb8+ 97. Kb6 La7+ 98. Kc6 Lb8 99. Td8 Ka7 100.Te8 Lg3. Daarop valt de vlag van zwart.

Stelling na 100. .. Lg3.




Vraag 3

Hoe luidt de beslissing na de vlagval (motiveren)? Is de beslissing anders indien de vlag valt op de 83e zet, de 90e zet, de 95e zet of de 100ste zet?

Vraag 4

Hoe komt de scheidsrechter tot een bruikbare eindbeslissing?


top  


II.   Tweede geval

S.W.I.F.T toernooi Brussel 1987, 9e ronde
Korchnoi - Karpov
Zie ook punt 5.3. van Het remise aanbod  




Na 37. h4. Terwijl Karpov nadenkt over zijn zet, biedt Korchnoi remise aan. Echter, Karpov wijst dit aanbod af.

Stel, dat Korchnoi vervolgens de tussenkomst inroept van de scheidsrechter en remise claimt op grond van artikel 10.2. Op dat moment heeft Korchnoi één minuut bedenktijd, en Karpov vijf. Bedenk dat de scheidsrechter een ELO rating heeft ver onder die van de spelers.

Vraag 5

Wat moet de scheidsrechter moeten beslissen op de 37e zet? Is het verzoek ontvankelijk?

Vraag 6

Stel dat de scheidsrechter zijn beslissing uitstelt en de spelers verzoekt verder te spelen. Moet de scheidsrechter zwart twee minuten extra bedenktijd toekennen?


Het vervolg van de partij:
37. ... Le8 38. Ld5 Pd5 39. Pc5 a5 40. Ke4 Pb6 41. Ke5 Pc4 42. Kf5 Pa3 43. Pge4 Pc2 44. Pf6!= Pd4 45. Ke4 Kf6 46. Kd4 Ke7 47. Pb3 a4 en op dat moment valt de vlag van Korchnoi. Karpov claimt winst op grond van artikel 6.10. Korchnoi claimt remise op grond van artikel 10.2.

Na 47. ... a4 ziet de stelling er als volgt uit:




Vraag 7

Hoe luidt de beslissing na de vlagval (motiveren)?

Vraag 8

hoe komt de scheidsrechter tot een bruikbare eindbeslissing?


top  


III.   Derde geval

Deze stelling trof ik aan op een Amerikaanse website. Zwart claimt remise op grond van artikel 10.2. Wit heeft nog drie minuten.




Vraag 9

Wat moet de scheidsrechter beslissen?

Vraag 10

Moet de scheidsrechter wit twee minuten extra bedenktijd toekennen?

Vraag 11

Hoe luidt de beslissing na de vlagval (motiveren)?

Vraag 12

hoe komt de scheidsrechter tot een bruikbare eindbeslissing?

top  


IV.   Vierde geval

Ook deze stelling trof ik aan op een Amerikaanse website.




Volgens die site zijn eindstellingen met lopers op verschillende kleuren vaak remise, maar zij bevatten enkele gevoelige zaken, aldus die site. Het doet er niet toe welke speler remise claimt op grond van artikel 10.2.

Hans Ree, NRC website 16 december 2005, schrijft over ongelijke lopers, 'door grote geleerdheid krankzinnig geworden': 'Zwakkere schakers hebben geleerd dat eindspelen met ongelijke lopers bijna altijd remise zijn. Sterkere schakers kennen uit de schaakgeschiedenis allerlei interessante uitzonde-
ringen op die regel.' Zie ook Karsten Müller, Endgame Corner, februari 2001
chesscafe.com  

Vraag 13

Wat moet de scheidsrechter beslissen?

Vraag 14

Moet de scheidsrechter de tegenstander twee minuten extra bedenktijd toekennen?

Vraag 15

Hoe luidt de beslissing na de vlagval (motiveren)?

Vraag 16

Hoe komt de scheidsrechter tot een bruikbare eindbeslissing?


top  


V.   Vijfde geval

Het volgende geval trof ik aan op een website.




Wit heeft één seconde bedenktijd, zwart twaalf seconden. Wit aan zet, zet de klokken stil en claimt remise. Zwart is het daar niet mee eens en zegt dat de claim te laat is. Een nationaal arbiter vraagt wat een scheidsrechter moet beslissen.

Een zeer ervaren internationaal arbiter antwoordt als volgt. Als wit aan zet is, kan hij rechtmatig remise claimen, want hij heeft minder dan twee minuten bedenktijd. Hier is de stelling van wit winnend na bxc5, en moet zwart de loper geven om de 'pion op c' tegen te houden. Men kan het spel ook gemakkelijk beëindigen na Le4, gevolgd door Kh5, Kg5, Kh5, Kg5 en zwart kan geen vooruitgang krijgen.

Als wit een van deze twee plannen laat zien, moet men akkoord gaan met remise. Aan de andere kant als wit zich tevreden stelt met 'ik heb een pion meer', of als een beginneling heen en weer gaat, moet het antwoord misschien terughoudend zijn. De laatst gespeelde zetten zijn van belang.

Vraag 17

Is dit een bruikbaar antwoord?

Vraag 18

Stel nu dat wit één seconde heeft, en zwart drie seconden. Wat dan?

top  


VI.   Zesde geval.

Het volgende is in Polen gebeurd tijdens een wedstrijd van een regionale bond in februari 2004.




Wegens een tekort aan scheidsrechters in de regio, wordt de wedstrijd gespeeld zonder scheidsrechter. Zwart is aan zet en is in tijdnood. Hij biedt remise aan. Tegenstander weigert. Omdat volgens zwart zijn tegenstander geen poging doet om de partij op een normale wijze te winnen claimt zwart remise op grond van artikel 10.2.

Echter, indien er geen scheidsrechter is rijst de vraag wie de claim moet beoordelen. Voor dat geval heeft artikel D1 van bijlage D van de FIDE-regels een voorziening getroffen. Dat artikel luidt als volgt.

'D1: Als partijen worden gespeeld als in artikel 10, dan mag een speler remise claimen als hij minder dan 2 minuten op zijn klok over heeft en voor zijn vlag is gevallen. Dit beëindigt de partij. Hij mag claimen op basis van:

a. dat zijn tegenstander niet op een normale wijze kan winnen, en/of
b. dat zijn tegenstander geen poging doet om op een normale wijze te winnen.

In (a) moet de speler de eindstelling opschrijven en zijn tegenstander dit verifiëren.
In (b) moet de speler de eindstelling opschrijven en een volledig bijgewerkt notatieformulier overleggen. De tegenstander moet het notatieformulier en de eindstelling verifiëren.

De claim moet worden gezonden aan een arbiter, wiens beslissing bindend is.' De spelers noteren de stelling en zenden deze naar een scheidsrechter in die regio. Deze heeft een ELO rating van 1500, terwijl het niveau van de spelers 400 punten hoger is.

Vraag 19

Wat moet de scheidsrechter beslissen?

Vraag 20

Moet hij zijn beslissing motiveren?



Geef uw mening

Uw reacties - indien u dat aangeeft geanonimiseerd - worden zoveel mo-
gelijk verwerkt in een artikel dat in juli op deze pagina wordt geplaatst.
Neem de uitdaging aan! Stuur uw oplossing vóór 30-06-2006 aan de auteur.
mailPieter de Groot

Reacties op deze schaakrechtsvragen kunt u ook plaatsen op het forum van de HSB.
HSB forum  


Dien een vraag in

Heeft u een scheidsrechterlijke kwestie die u wilt zien als schaakrechtsvraag van de maand, mail deze naar Pieter de Groot.
mailPieter de Groot


© 2006  Pieter de Groot

top  

vorig artikel schaakrechtVORIGE | VOLGENDEvolgend artikel schaakrecht
ANTWOORD
Hier komt medio juli 2006 het artikel van Pieter de Groot, waarin uw reacties zijn ver-
werkt.


UITVLUGGEREN
Bij deze schaakrechts-
vraag hoort een uitge-
breid artikel van Pieter de Groot: 'Uitvluggeren'

Lees verder  


HET REMISE AANBOD
Bij deze schaakrechts-
vraag hoort het artikel van Pieter de Groot: 'Het remise aanbod'

Lees verder  

WILT U REAGEREN?
Pieter de Groot stelt een inhoudelijk reactie op de schaakrechtsvraag zeer op prijs. Neem de uitdaging aan. Let op! Iedereen kan meedoen.

mailPieter de Groot

schaakrechtrubriek Geurt Gijssen op ChessCafe.com