HOME     SCHAAKRECHT     PIETER DE GROOT
DE ZAAK KIM VELDHUYSEN 3
Snelschaak en een oude ongeoorloofde zet.

De hele tijd luistert ook Kim Veldhuysen mee. 'Jullie hebben het steeds maar over mijn partij. Maar wat gebeurt er nu als iemand bij snelschaak een ongeoorloofde zet doet en beide spelers hebben dit niet door en spelen verder?' Iedereen vindt dit een interessante vraag en men kijkt mij vragend aan.

Omdat het een leuke vraag is, stel ik voor dat we niet gehinderd door kennis van het schaakrecht gezamenlijk het antwoord geven. Hans Nagelkerke reageert: 'Wat niet weet, wat niet deert, er wordt gewoon verder gespeeld'. 'Maar wat als de spelers er zelf achter komen dat er ergens iets mis is gegaan met de stelling?' werp ik op om de zaak ingewikkelder te maken. Hans vult daarbij aan: 'De partij wordt bij snelschaken niet genoteerd, getuigen zijn er niet. Het wordt allemaal wel ingewikkeld zo.'

Josée Deyl: 'Het gaat er om dat je wilt weten hoe het zit. Dat is al moeilijk genoeg als het gaat om het vaststellen van de laatst gedane zet. Kun je nagaan wat er gebeurt als je nog verder moet gaan in het spel. Dat wordt één en al welles-nietes. Je ziet dat bij kinderen. 'Hij deed dit' zegt de een, maar de ander zegt: 'Hij deed dat en toen ...', 'Nee, hij deed dit en toen deed ik dat.' 'Nietwaar!', 'Welwaar!'

De waarheid is in dit soort problemen bijna niet te achterhalen. Probeer je dat, dan verplaatst het geschil van de kinderen zich naar de ouder. Een ouder of een scheidsrechter kan het in zo'n geval nooit goed doen.
Net zoals een moeder kan een scheidsrechter beter oordelen: 'Geen ruzie maken, verder spelen.' Dan kijk je dus alleen naar het laatste bewijsmiddel, dus de laatst gedane zet. Alles wat zich daar voor heeft afgespeeld is niet belangrijk.

Soms denk ik wel eens dat je met gewoon gezond verstand veel verder komt. Het is daarom ook goed dat ouders en begeleiders optreden als scheidsrechter bij een snelschaaktoernooi of bij een Grand Prix toernooi.
Ik durf eigenlijk wel de stelling te verdedigen dat sommige ouders betere scheidsrechters zijn dan sommige gediplomeerde scheidsrechters. Zo zouden ouders zich dan ook de eerste, belangrijkste beginselen van het schaakrecht eigen moeten maken. En Botwinnik zou hen daarbij moeten helpen. Bij voetballen en hockey zijn toch ook ouders scheidsrechter?

Ik sluit af: 'Jullie hebben gelijk. De FIDE-regels zijn in dit geval logisch. Artikel C3 van de FIDE-regels regelt dat de winstclaim gedaan moet worden voor degene die claimt zelf een zet doet. Het is daarom alleen mogelijk de laatst gedane zet te toetsen. En het doet er niet toe wat er voor die laatste zet is gebeurd. Ik denk dat jullie zelf het idee achter dit artikel hebben ontdekt. En dat is het mooie van ons schaakrecht: met logisch denken spreekt een goede FIDE-regel voor zich.'

Kim concludeert: 'Als ik dus bij snelschaak een ongeoorloofde zet doe en mijn tegenstander doet daarna zelf een zet, kan ik daarna mij ongeoor-
loofde zet herstellen.' Dat is zo.

© 2003  Pieter de Groot

top  

vorig artikel schaakrechtVORIGE | VOLGENDEvolgend artikel schaakrecht
REGIO SNELSCHAAK
Uitslagen regionale snelschaakkampioen-
schappen 2003-2004.

Lees verder  


DE ZAAK
KIM VELDHUYSEN 1
Artikel 'Snelschaak:
de kleur van de verwis-
selde loper' door Pieter de Groot.
Lees verder  

DE ZAAK
KIM VELDHUYSEN 2
Artikel 'Snelschaak:
de rol van de scheids-
rechter bij bewijs-
kwestie' door Pieter
de Groot.
Lees verder  

HULPSCHEIDSRECHTER
Artikel 'De hulpscheids-
rechter en zijn gevallen vlaggen' door Pieter de Groot. Vervolg op 'De zaak Kim Veldhuysen'.
Lees verder  

WILT U REAGEREN?
Pieter de Groot stelt een inhoudelijk reactie op de schaakrechtartikelen zeer op prijs. Natuurlijk kunt u ook vragen stellen over de behandelde onderwerpen.

mailPieter de Groot