UITSLAGEN RONDE 2 |
06-11-2008 | Prometheus 1 | - | Pomar 2 | 4 - 4 |
30-10-2008 | RHC-Arena 2 | - | Rijswijk 4 | 4 - 4 |
04-11-2008 | DD 5 | - | DSC 7 | 5½ - 2½ |
06-11-2008 | Botwinnik 5 | - | Haeghe Ooievaar 3 | 3½ - 4½ |
BOTWINNIK 5 - HAEGHE OOIEVAAR 3 |
bord 1 | Willem van Dalen | - | G.M. van den Berg | 0 - 1 |
bord 2 | Jan de Pree | - | M.P.J. van Apeldoorn | ½ - ½ |
bord 3 | Han Perluka | - | R.A. Warmenhoven | 1 - 0 |
bord 4 | Arie Franke | - | R.N.M. Bes | 1 - 0 |
bord 5 | Otto Boot | - | F.W. Boersma | 0 - 1 |
bord 6 | Erik Middelkoop | - | D. Nierop | 0 - 1 |
bord 7 | Peter Rijsdijk | - | J.J.E. Hendriks | 1 - 0 |
bord 8 | Husham Al Sam | - | M.H.M. Bruna | 0 - 1 |
ZWARTE BLADZIJDE IN DE GESCHIEDENIS VAN BOTWINNIK 5 |
Hoewel Sinterklaas nog ver in het verschiet lag kon er, nog voordat de wed- strijd van het 5e Botwinnik-team tegen Haeghe Ooievaar 3 moest beginnen, tot ieders verbazing al een verwarde 'zwarte piet' compleet met bijbehoren- de traditionele zak in de speelzaal worden aangetroffen. De ongelukkige bleek een vermomde in burgerpak gestoken Willem van Dalen te zijn. Verraste teamleden, die meenden dat zij nu op het strooien van wat lekkers zouden worden vergast, kwamen echter bedrogen uit. Er was helemaal geen lekkers; integendeel. Wat de zak te bieden had was enkel doffe ellende in de vorm van een knoert van een bok ter grootte van een volwassen olifant die Willem zelf in het begin van de avond had geschoten en waar hij later op de avond nog een tweede exemplaar aan zou toevoegen. Want wat was er gebeurd? Willem was dit keer als (roulerend) teamleider aangewezen om alles in goede banen te leiden zodat de wedstrijd zonder problemen zou kunnen beginnen. Deze bleek echter tijdens de voorbereidingen twee verschillende opstellingen door elkaar heen te hebben gemixt met als gevolg, dat niet de vaste speler van ons 5e team te weten onze beste brave schaakbroeder Frits Varenkamp door hem werd opgesteld, maar een andere brave schaakborst uit de Bot- winnik gelederen namelijk Husham al Sam (die in de vorige uitwedstrijd namelijk was ingevallen). En dat terwijl Frits enige dagen geleden nog via een mail aan Willem had bevestigd dat hij zeker zou komen spelen. Men kan begrijpen dat Frits bij aankomst in de speelzaal dan ook niet bepaald gelukkig was toen bleek dat zijn bord al door Husham in beslag was genomen. Frits: bij deze wil ik je nogmaals 1000x mijn excuses aanbieden voor het grote leed wat ik je heb aangedaan! Ik beloof je hierbij plechtig dat dit nòòit meer zal gebeuren! Dan de wedstrijd. De tweede grote bok werd door Willem geschoten toen hij zijn veel betere stelling door middel van twee achtereenvolgende grafzetten in een rokende puinhoop veranderde. In onderstaande stelling speelde zwart 33. ... Te4? (na het simpele 33. ... Pe5! zou zwart een winnende stelling overhouden). Er volgde 34. Df5+ Kg8 35. Ph5 Dd3 ??? Deze tweede grafzet verliest op slag. (na 35. ... Th4! zou zwart het nog net remise kunnen houden en na 36. Tf1 kon zwart een paar zetten later opgeven). Stand dus 0 - 1. Han Perluka aan bord 3 kon met zwart zijn geliefde draak weer eens in stelling brengen. Met wat medewerking van de sympathieke tegenstander was de partij al na 19 zetten in zijn voordeel beslist. In plaats van volop de zwarte koningsstelling aan te vallen hapte wit eerst een a-pion weg, waarna zwart dankbaar gebruik kon maken van de geboden extra tijd en ruimte om zelf een aanval op te zetten. Nadat wit ook nog een giftige b-pion verorberde was het meteen uit. Stand 1 - 1. Achtereenvolgens gingen zowel Otto Boot en Husham al Sam geleidelijk aan roemloos ten onder. Stand 1 - 3. Erik Middelkoop, die zich na afloop beklaagde dat zijn tegenstander maar geen foutjes wilde maken, kreeg een enorme wals van zwarte pionnen over zich heen en had zelf helemaal niets om daar ook maar iets tegenover te zetten. Stand 1 - 4. Jan de Pree had in een potremise-stand nog een paar minuten op de klok en dreigde op tijd te gaan verliezen. Jan vroeg zich terecht af of hij zo tot in de eeuwigheid door moest blijven spelen. Wedstrijdleider Thomas van Beekum kon reglementair niets anders doen dan met gesloten kaken bevestigend te knikken terwijl hij het liefst had willen uitbrullen dat remise door de speler zelf geclaimd moest worden. Jan bleek echter niet op de hoogte te zijn van die regel. Het was dan ook tenenkrommend om toe te zien hoe de klok Jan langzaam maar zeker dreigde te vermorzelen. Gelukkig bleek zijn tegen- stander zo sportief om op het laatste moment toch nog remise aan te bieden! Pfffffff ... Door dit resultaat kwam de stand op 1½ - 4½ en was de wedstrijd in feite beslist. Gelukkig konden Peter Rijsdijk (zie binnenkort partij van de week) en Arie Franke de uitslag nog een dragelijk aanzien geven door als laatsten, omgeven door een inmiddels sauna-achtige temperatuur, twee mooie overwinningen te boeken. Een slotstand van 3½ - 4½ die, zeker gezien de voorgeschiedenis, als een droevige gebeurtenis in de schaak-analen van de Botwinnik historie kan worden bijgeschreven. |
|